Wat kost meer in de winter: de verwarming uitzetten of de hele dag aan laten staan?

De kou komt eraan en daarmee ook de eeuwige wintervraag: is het beter om de verwarming uit te zetten of de hele dag aan te laten staan? Het gesprek komt elk jaar terug, tussen stijgende rekeningen en dalende thermostaten.

Achter dit dilemma schuilt meer wetenschap dan het lijkt: energieverbruik, isolatie, gewoontes en een vraag die een groot verschil kan maken voor je portemonnee. Weten wanneer je de verwarming aan- en uit moet zetten, is niet alleen een kwestie van comfort, maar ook van efficiëntie.

Elke winter rijst dezelfde vraag: is het beter om de verwarming uit te schakelen als we weggaan of om deze de hele dag op een lage temperatuur aan te laten staan? Het debat is niet nieuw, maar wordt nog steeds omgeven door mythes. Als je begrijpt hoe verwarmingssystemen werken en welke factoren van invloed zijn op het energieverbruik, weet je wat de meest efficiënte optie is om te besparen zonder het koud te hebben.

Hoe de werking van de verwarming het verbruik beïnvloedt

Het energieverbruik hangt af van de inspanning die het systeem levert om de comforttemperatuur te bereiken en te handhaven. Wanneer we de verwarming aanzetten vanaf een lage temperatuur, heeft het apparaat meer energie nodig om de ruimte te verwarmen. Maar zodra die temperatuur is bereikt, moet het warmteverlies via muren, ramen of plafonds worden gecompenseerd om die temperatuur te behouden.

Hoe slechter de isolatie van de woning, hoe groter dat verlies en hoe harder de ketel of radiator moet werken. Wanneer de verwarming wordt uitgeschakeld, koelt het interieur af en neemt het temperatuurverschil met de buitenlucht af, waardoor het warmteverlies afneemt.

Als u een groot deel van de dag buitenshuis bent, is het uitschakelen van de verwarming de meest efficiënte optie. Hoewel het systeem een eerste inspanning nodig heeft om de ruimte opnieuw op te warmen, is het totale verbruik meestal lager dan wanneer u de verwarming aan laat staan zonder gebruik te maken van de warmte.

In goed geïsoleerde woningen blijft de restwarmte urenlang behouden, waardoor het later weer opwarmen sneller en goedkoper is. Bovendien is het ’s nachts het beste om de verwarming uit te schakelen of de temperatuur te verlagen tot ongeveer 16 of 17 graden, omdat het thermisch comfort met beddengoed kan worden gehandhaafd.

Deskundigen zijn het erover eens dat het de moeite loont om de verwarming uit te schakelen als u langer dan twee uur wegblijft. Het is ook raadzaam om de verwarming een half uur voordat u thuiskomt in te schakelen, zodat de temperatuur aangenaam is wanneer u thuiskomt.

Wanneer kan het nuttig zijn om de verwarming op een minimum te houden

In zeer koude of slecht geïsoleerde woningen kan het volledig uitschakelen van de verwarming ervoor zorgen dat de temperatuur te veel daalt, waardoor het systeem meer verbruikt om de verloren warmte terug te winnen. In deze gevallen kan het efficiënter zijn om een lage en stabiele temperatuur aan te houden, vooral als het gaat om elektrische systemen met een laag vermogen of warmtepompen die efficiënter werken met lange en stabiele cycli.

De verwarming op een minimum houden kan ook nuttig zijn als u het grootste deel van de dag thuis bent, omdat dit pieken in het verbruik bij het opstarten en uitschakelen voorkomt. Dit moet echter met mate gebeuren: de verwarming op een laag vermogen laten staan betekent niet dat u deze onbeheerd of op een onnodig hoge temperatuur moet laten staan.

Factoren die het verbruik bepalen

1. De isolatie van de woning

Een goede isolatie vermindert warmteverlies en zorgt ervoor dat de warmte langer behouden blijft, waardoor het voordeliger is om de verwarming uit te schakelen wanneer u niet thuis bent. In slecht geïsoleerde woningen moet het systeem daarentegen harder werken om de temperatuur te herstellen, wat het verbruik kan verhogen.

2. De gebruiksduur

Hoe langer u weg bent, hoe zinvoller het is om de verwarming uit te schakelen. Als u maar kort weg bent, kunt u extra verbruik door veelvuldig inschakelen voorkomen door de verwarming op een minimum te laten staan.

3. Het type systeem

Gasboilers en warmwaterradiatoren herstellen de temperatuur doorgaans sneller dan sommige elektrische systemen, waardoor het in deze gevallen voordeliger is om ze uit te schakelen en weer in te schakelen. Warmtepompen kunnen daarentegen efficiënter zijn als ze continu op een laag vermogen blijven werken.

Tips om kosten te besparen zonder aan comfort in te boeten

  • Gebruik programmeerbare of slimme thermostaten: hiermee kunt u de tijden aanpassen en voorkomen dat de verwarming werkt wanneer u niet thuis bent.
  • Sluit deuren en radiatoren van ongebruikte kamers: zo concentreert u de warmte in de ruimtes waar u die echt nodig hebt.
  • Houd de temperatuur tussen 19 en 21 graden: elke extra graad kan het verbruik met 5 tot 10 % verhogen.
  • Verbeter de isolatie: dubbele beglazing of tochtstrippen in deuren verminderen het warmteverlies aanzienlijk.
  • Ventileer kort en efficiënt: een paar minuten per dag is voldoende zonder dat het huis te veel afkoelt.

Een efficiënter huis

Er is geen eenduidig antwoord, maar in de meeste gevallen is het efficiënter om de verwarming uit te schakelen wanneer deze niet wordt gebruikt dan deze de hele dag aan te laten staan, zelfs op de laagste stand. Het belangrijkste is om het gebruik aan te passen aan de kenmerken van de woning en aan de tijd die we er doorbrengen. Een programmeerbare thermostaat en goede isolatie kunnen het verschil maken tussen een hoge energierekening en een geoptimaliseerd verbruik.